Vrijheid van meningsuiting en noodzakelijke zorgvuldigheid binnen franchiserelaties

Datum: februari 26, 2012

Op 2 februari 2012 is vonnis gewezen in een interessante zaak omtrent een geschil tussen een bekende bakkersformule (franchisegever) en franchisenemer. De zaak betrof een kort geding dat was geëntameerd door franchisenemer naar aanleiding van een buitengerechtelijke ontbinding van de vigerende franchise- en (onder)huurovereenkomst door franchisegever. Volgens franchisenemer was deze ontbinding op onrechtmatige gronden geschied.

Onderstaand zal een korte uiteenzetting van het vonnis worden gegeven. Voor de volledige tekst van het vonnis kunt u terecht op:

www.rechtspraak.nl
LJN: BV5455
Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem
224430 KG ZA 11-686 en 224816 KG ZA 12-9

De door franchisegever aangevoerde gronden voor ontbinding betroffen (kort gezegd):

  1. Veronderstelde betrokkenheid van franchisenemer bij de inhoud en verzending van kritische e-mailberichten aan franchisenemers van de bakkersformule onder de naam “Robin Hood”;
  2. Het veronderstelde bij herhaling plaatsen van kritische (volgens franchisegever: onrechtmatige) teksten op het intranetforum van franchisegever;
  3. Het veronderstelde niet meewerken aan een nader digitaal-forensisch onderzoek ten aanzien van de privé-computer van franchisenemer;
  4. Het veronderstelde gedurende langere periode niet delen van kennis inzake een mogelijke hacker van de intranet-omgeving en/of andere beveiligingslekken in het computersysteem van franchisegever;
  5. De veronderstelde opzegging van het vertrouwen in franchisenemer door franchisegever.

 

Daarnaast had franchisegever de naleving van haar leveringsvoorwaarden gewijzigd en in dat kader geëist dat de voorraad slechts bij vooruitbetaling zou worden geleverd in plaats van levering onder de gebruikelijke automatische incasso. Naar aanleiding van het voorgaande is door franchisenemer een kort geding geëntameerd waarin hij kort gezegd heeft gevorderd:

  1. Hervatting van de leveringen onder de gebruikelijke automatische incasso;
  2. Nakoming van de onrechtmatig buitengerechtelijk ontbonden franchise- en (onder)huurovereenkomst.

 

Franchisegever heeft op haar beurt eveneens een (omvangrijk) kort geding geëntameerd, zodat beide zaken gevoegd door de voorzieningenrechter zijn behandeld. Franchisegever stelde kort gezegd diverse vorderingen in die betrekking hadden op de beëindiging van de franchise- en (onder)huurovereenkomst.

De voorzieningenrechter heeft franchisegever echter bij alle aangevoerde gronden in het ongelijk gesteld en franchisenemer in het gelijk met veroordeling van franchisegever in de (dubbele) proceskosten. De beoordeling van de voorzieningenrechter luidde als volgt.

Ten aanzien van de door franchisegever aangevoerde grond a) oordeelde de voorzieningenrechter dat franchisenemer gemotiveerd heeft betwist dat hij de e-mailberichten heeft verzonden. De door franchisegever overgelegde conceptrapportage door Hoffmann Bedrijfsrecherche, waaruit zou moeten blijken dat franchisenemer “Robin Hood” zou zijn, bood in dat kader geen soelaas. De inhoud van dat rapport was volgens de voorzieningenrechter eveneens gemotiveerd betwist door franchisenemer. Grond a) kon derhalve niet tot ontbinding van de overeenkomsten leiden, aldus de voorzieningenrechter.

Over de door franchisegever aangevoerde grond b) overwoog de voorzieningenrechter dat in beginsel terughoudendheid moet worden betracht bij het beperken van de mogelijkheden van een burger, in dit geval een franchisenemer, om zich door woorden te uiten, ook als die uiting anderen, in casu franchisegever, betreft. Het recht op vrijheid van meningsuiting kan slechts worden beperkt indien dit bij de wet is voorzien en noodzakelijk is in een democratische samenleving, bijvoorbeeld ter bescherming van de goede naam en de rechten van anderen. Voor het antwoord op de vraag welk recht – het recht op vrijheid van meningsuiting of het recht op bescherming van eer of goede naam – in casu zwaarder weegt, moeten de wederzijdse belangen worden afgewogen. De voorzieningenrechter oordeelde in dat kader dat indien een franchisenemer zich kritisch uitlaat over de organisatie en/of formule, waaraan hij zich heeft verbonden, dit niet zonder meer onrechtmatig is temeer omdat het in casu uitlatingen betroffen op een besloten intranetforum. Een forum is daarnaast – volgens de voorzieningenrechter – (onder meer) bedoeld om met overige franchisenemers van gedachten te wisselen over het reilen en zeilen van de franchiseorganisatie en de gehanteerde formule. Voorts oordeelde de voorzieningenrechter dat indien franchisenemer in casu al grievende uitspraken zou hebben gedaan, dit nog niet betekent dat dit ontbinding van de overeenkomsten rechtvaardigt. Dat gaat volgens de voorzieningenrechter te ver.

Voor wat betreft de door franchisegever aangevoerde grond c) overwoog de voorzieningenrechter dat franchisenemer gemotiveerd heeft weersproken dat hij niet zou hebben willen meewerken aan een nader digitaal-forensisch onderzoek dan wel een dergelijk onderzoek zou hebben willen frustreren. Daarnaast overwoog de voorzieningenrechter dat voor zover al sprake zou zijn van het niet willen meewerken aan een nader digitaal-forensisch onderzoek, het onvoldoende aannemelijk is geworden dat het enkele niet meewerken een zelfstandige grond voor ontbinding van de franchise- en (onder)huurovereenkomst oplevert.

Ten aanzien van de door franchisegever aangevoerde grond d) overwoog de voorzieningenrechter voorts dat door franchisenemer voldoende gemotiveerd is weersproken dat franchisenemer zou hebben nagelaten kennis inzake een mogelijke hacker dan wel een beveiligingslek in het computersysteem van franchisegever aan franchisegever te melden. Ook hier oordeelde de voorzieningenrechter dat deze grond niet tot ontbinding van de franchise- en (onder)huurovereenkomst kan leiden.

Tenslotte de door franchisegever aangevoerde grond e): volgens de voorzieningenrechter is deze grond gebaseerd op de voornoemde gronden. Louter deze grond kan derhalve geen zelfstandige grondslag opleveren voor ontbinding van de overeenkomsten, ook niet indien alle voornoemde gronden gezamenlijk worden bezien.

Naast het bovenstaande oordeelde de voorzieningenrechter dat de ter zitting ingenomen stelling van franchisegever dat partijen niet meer in een zakelijke verhouding tot elkaar kunnen en willen staan/werken, geen grond voor ontbinding vormt, laat staan dat dit de ontbinding van de overeenkomsten kan rechtvaardigen. Met de stelling dat franchisegever op grond van redelijkheid en billijkheid franchisenemer niet meer hoeft te dulden in haar bakkersformule is door de voorzieningenrechter ook korte metten gemaakt, alleen al omdat onvoldoende aannemelijk is geworden dat franchisenemer er op uit zou zijn op de bakkersformule van franchisegever te schaden.

De voorzieningenrechter concludeerde dan ook dat onvoldoende aannemelijk is geworden dat er (een) zelfstandige grond(en) voor ontbinding heeft/hebben bestaan en dat die ontbinding ook gerechtvaardigd zou zijn. Dit betekende volgens de voorzieningenrechter derhalve dat de buitengerechtelijke ontbinding van de overeenkomsten ten onrechte heeft plaatsgevonden, zodat franchisegever is veroordeeld om de overeenkomsten na te komen (totdat  in een bodemprocedure is komen vast te staan dat zij rechtsgeldig zijn ontbonden).

Uit deze uitspraak blijkt dat men niet “zomaar” tot buitengerechtelijke ontbinding van een overeenkomst kan overgaan. Er moet namelijk wel degelijk sprake zijn van een deugdelijke rechtsgrond, linksom dan wel rechtsom. Tevens blijkt uit deze uitspraak dat aan het recht op vrijheid van meningsuiting ook binnen franchiserelaties zwaar gewicht wordt toegekend. Dit recht komt ook toe aan een “kritische franchisenemer”, zonder zich per definitie schuldig te maken aan onrechtmatige uitlatingen.

Indien u derhalve al te gemakkelijk besluit om het verstrekkende middel van buitengerechtelijke ontbinding jegens de andere partij in te roepen, bent u dus bij deze gewaarschuwd!

Mrs. J.S. ‘t Hart & G. Kara

Advocaten bij Hart Legal Franchise Advocaten

')}

DELEN

ACTUEEL NIEUWS

Gratis E-book

Alles wat u moet weten over franchise

In het eBook 'Wat is franchise?' wordt het begrip 'franchise' afgebakend: Wat is franchise, welke franchisevormen zijn er, wat zijn de voor- en nadelen van franchising, hoe zien recente marktontwikkelingen eruit en welke vooroordelen leven er ten aanzien van dit vaak zo succesvolle businessmodel.

E-book downloaden

Franchise nieuwsbrief

Wekelijks actueel nieuws uit de franchisebranche!

Nu aanmelden

De nieuwsbrief E-Zine wordt, naar keuze, dagelijks of wekelijks aan u toegezonden en bevat franchise opportunities, aangeboden vastgoed, vacatures, het meest actuele franchisenieuws, interviews, een agenda met franchise-gerelateerde beurzen en congressen, columns geschreven door franchisespecialisten en allerlei tips & adviezen.