Is wetgeving inzake franchising gewenst of niet? (I)

Datum: mei 13, 2014

Het zal u niet onopgemerkt gebleven zijn: het rommelt in franchiseland. Steeds meer franchisenemers komen in opstand tegen hun franchisegever. Hierover is in de afgelopen maanden relatief veel geschreven. Zelfs Zembla heeft hieraan een uitzending gewijd genaamd: ‘Woede in de winkelstraat.’ Inmiddels hebben de politiek, het Vakcentrum en de Nederlandse Franchise Vereniging (NFV) zich ook in de discussie gemengd over de wenselijkheid van invoering van specifieke wetgeving omtrent franchising in het Burgerlijk Wetboek. Er zijn doorgaans zowel voorstanders als tegenstanders, zo ook bij de discussie omtrent de invoering van wetgeving met betrekking tot franchising.

Voor- en tegenstanders

Op 17 december 2013 (*) hebben de ministers van Veiligheid en Justitie en Economische Zaken Kamervragen beantwoord over de ‘misstanden in franchiseland en de mogelijke aanpassing van de franchiseovereenkomst’. De franchiseovereenkomst is een zogeheten onbenoemde overeenkomst, waardoor franchisegever en franchisenemer zelf – binnen de wettelijke kaders – kunnen bepalen wat zij over en weer met elkaar willen overeenkomen. De ministers hebben in voornoemde brief te kennen gegeven dat het opnemen van een wettelijke regeling van de franchise overeenkomst in het Burgerlijk Wetboek thans geen prioriteit heeft, mede door de Europese Erecode inzake Franchising en diverse (recente) jurisprudentie.

Het Vakcentrum daarentegen heeft op 24 januari 2014 (**) een rapport uitgebracht dat pleit voor een wettelijke regeling ter bescherming van de positie van de franchisenemer ten behoeve van het behoud van zelfstandig ondernemerschap en franchising. Dit standpunt van het Vakcentrum verbaast mij, omdat ondernemers over het algemeen juist klagen over de regeldrift en de bureaucratie van de overheid.

Thans is de situatie dus omgekeerd. Naar aanleiding van nieuwe Kamervragen inzake ‘knelpunten voor franchisenemers’ hebben voornoemde ministers middels de brief van 3 maart 2014 (***) wederom enkele vragen beantwoord. Bij de beantwoording geven de ministers uitdrukkelijk aan dat het aan de aspirant-franchisenemers is om bij de beoordeling van een franchiseformule, waarmee een overeenkomst wordt overwogen, na te gaan of een franchisegever bij een koepel is aangesloten en welke kwaliteitseisen deze koepel stelt. Dit is in lijn met recente uitspraken aangaande de onderzoeksplicht van de aspirant-franchisenemer. Een aspirant-franchisenemer dient een ‘kritische grondhouding’ aan te nemen en mag derhalve niet zomaar veronderstellen dat de gegevens die de franchisegever heeft verstrekt juist zijn. De aspirant-franchisenemer is er zelfs bij gebaat een gedegen (markt)onderzoek te (laten) verrichten en een marketingplan te (laten) opstellen met daarbij een realistische financiële onderbouwing. In voornoemde brief van de ministers wordt voorts aangegeven dat het signaal dat door het Vakcentrum is afgegeven serieus wordt genomen. Desondanks is het naar de mening van de ministers niet aannemelijk dat extra wetgeving de gesignaleerde problemen kunnen oplossen.

De NFV is dezelfde mening als de ministers toegedaan en is geen voorstander van specifieke franchisewetgeving, omdat zij naar haar mening uitstekende handvatten – zoals diverse NFV-brochures en de Europese Erecode inzake Franchising – voor ondernemers heeft, die zich willen aansluiten bij een franchiseformule.

Kritische houding franchisenemer

De discussie omtrent de invoering van franchisewetgeving lijkt voorlopig voort te duren. Duidelijk is in ieder geval dat op zeer korte termijn geen wetgeving inzake franchising zal worden ingevoerd. Wel of geen franchisewetgeving, aspirant-franchisenemers moeten in de precontractuele fase ervoor zorgen dat ze beter worden geïnformeerd over hun rechten en verplichtingen als franchisenemer teneinde schrijnende omstandigheden, zoveel mogelijk, te voorkomen.

Bovendien dienen franchisenemers naar mijn mening altijd kritisch om te gaan met de informatie, die ze van de franchisegever krijgen. Zeker ook indien ze laaiend enthousiast zijn over de franchiseformule en persoonlijk verwachten een goede boterham middels de exploitatie van de franchiseformule te kunnen verdienen. In het belang van hunzelf zouden aspirant-franchisenemers bij voorkeur vóór het ondertekenen van een franchiseovereenkomst zelf actief informatie moeten inwinnen over de betreffende franchiseformule. Zo kunnen zij collega franchisenemers benaderen omtrent hun ervaringen en recherche plegen in het handelsregister van de Kamer van Koophandel om het verloop van franchisevestigingen te volgen. Tevens zouden aspirant-franchisenemers er goed aan doen de stukken, die zij van de franchisegever hebben ontvangen, door een jurist en econoom op hun merites te laten beoordelen. Een franchisenemer is per slot van rekening juridisch en economisch gezien zelfstandig ondernemer en dient zich hiernaar te gedragen door zich kritisch op te stellen alsmede zowel de externe (de crisis en toename concurrentie) als de interne (eigen ondernemerschap) factoren zelf in kaart te brengen.

Met de invoering van eventuele wetgeving inzake franchising zal naar mijn mening geen verandering komen in de onderzoeksplicht van de aspirant-franchisenemer. De onderzoeksplicht van een aspirant-franchisenemer zal namelijk blijven bestaan, net als bij de koper van een huis.

Rechtsbijstandsverzekering

Ook nadat de franchiseovereenkomst – na een goede advisering en eventuele aanpassing – is ondertekend,  dienen franchisenemers voor een verantwoorde bedrijfsvoering rekening te houden met bedrijfsrisico’s en eventuele geschillen met franchisegevers. Geschillen kunnen nimmer worden uitgesloten en dat geldt dus ook als in de toekomst franchisewetgeving zou worden ingevoerd. Zelfs in de beste relaties kunnen er conflicten ontstaan, dus ook in een franchiserelatie. In dat kader kan dit (hoge) kosten van rechtsbijstand met zich meebrengen. Een franchisenemer doet er verstandig aan hiervoor een voorziening te treffen door bijvoorbeeld een rechtsbijstandsverzekering af te sluiten. In de praktijk komt het nog regelmatig voor dat – met name startende – ondernemers onvoldoende rekening houden met eventuele kosten van juridische bijstand met als gevolg dat, indien zich – om wat voor reden dan ook – een conflict situatie voordoet de franchisenemer het zich financieel niet of nauwelijks kan veroorloven een jurist in de arm te nemen. Teneinde dit zoveel mogelijk te voorkomen is het aan te bevelen vóór of vlak na het aangaan van een franchiserelatie direct een rechtsbijstandsverzekering af te sluiten, zodat vóór of bij het ontstaan van een conflictsituatie de franchisenemer te allen tijde gebruik kan maken van juridische bijstand, dus ook indien in de toekomst wetgeving inzake franchising wordt ingevoerd, maar de discussie over het nut en de noodzaak hiervan zal voorlopig nog voortduren.

Door: mr. Sabriye Ort, AG Hart Advocaten & Adviseurs. Mail: ort@aghart.nl   

Meer informatie

Kamervragen van 17 december 2013 over ‘misstanden in franchiseland en de mogelijke aanpassing van de franchiseovereenkomst.

** Rapport Vakcentrum 24 januari 2014 voor een wettelijke regeling ter bescherming van de positie van de franchisenemer.

*** Vervolg Kamervragen 3 maart 2014.

Bron: Franchise+


Rondetafelgesprek Den Haag

De vaste commissie voor Economische Zaken van de Tweede Kamer organiseert op woensdag 21 mei 2014 van 14.30-16.30 uur een rondetafelgesprek inzake Franchising. Een rondetafelgesprek wordt gebruikt door de Tweede Kamer om mondeling overleg te voeren met een aantal genodigden, personen en organisaties die betrokken zijn bij het onderwerp van het gesprek. Het doel van het rondetafelgesprek is om kennis te krijgen van de manier waarop franchising werkt. De vragen die ten grondslag liggen aan dit rondetafelgesprek zijn de volgende:

– Wat is het belang van franchising voor de Nederlandse economie?
– Wat zijn veel voorkomende problemen in relatie tussen franchisegever en franchisenemer?
– Volstaat de erecode franchising of is er een nadere regelgeving nodig om problemen te voorkomen?

Onder de genodigden bevinden zich vertegenwoordigers van de Nederlandse Franchise Vereniging, het Vakcentrum en AG Hart Advocaten. Het rondetafelgesprek zal plaatsvinden in het gebouw van de Tweede Kamer der Staten-Generaal te Den Haag. De bijeenkomst is openbaar toegankelijk.


Tip van de redactie


Lees ook: Franchisewetgeving biedt schijnveiligheid (II) , FranchiseFormules.NL onderschrijft beoordelingsmethodiek Franchise Keurmerk en Franchise wetgeving niet nodig volgens minister Kamp

')}

DELEN

ACTUEEL NIEUWS

Gratis E-book

Alles wat u moet weten over franchise

In het eBook 'Wat is franchise?' wordt het begrip 'franchise' afgebakend: Wat is franchise, welke franchisevormen zijn er, wat zijn de voor- en nadelen van franchising, hoe zien recente marktontwikkelingen eruit en welke vooroordelen leven er ten aanzien van dit vaak zo succesvolle businessmodel.

E-book downloaden

Franchise nieuwsbrief

Wekelijks actueel nieuws uit de franchisebranche!

Nu aanmelden

De nieuwsbrief E-Zine wordt, naar keuze, dagelijks of wekelijks aan u toegezonden en bevat franchise opportunities, aangeboden vastgoed, vacatures, het meest actuele franchisenieuws, interviews, een agenda met franchise-gerelateerde beurzen en congressen, columns geschreven door franchisespecialisten en allerlei tips & adviezen.